Matteüs 17,1-9

Vertaling

Mattheüs 17, 1-9
 
1
En na zes dagen neemt Jezus Petrus, Jakobus en diens broer Johannes mee,
en hij brengt hen een hoge berg op,
apart.
2
En toen werd zijn verschijning veranderd, vóór hen,
en zijn gezicht straalde als de zon,
zijn kleren werden wit als het licht.
3
En ziedaar! :
toen liet zich aan hen zien Mozes – en ook Elia,
terwijl die samen met hem spraken.
4
Petrus reageerde zo,
hij zei tegen Jezus:
“Heer,
het is goed dat wij hier zijn!;
als u wilt
zal ik hier drie tenten maken –
voor u één, voor Mozes één en voor Elia één…!”
5
Terwijl hij nog sprak,
ziedaar! :
een lichtende wolk overschaduwde hen,
en ziedaar! :
een stem uit de wolk die zei:
“Dit is mijn zoon, de geliefde,
in wie ik welbehagen heb;
hoor naar hem!”
6
En toen ze dat hoorden
vielen de leerlingen op hun gezicht
en ze vreesden hevig.
7
En Jezus kwam naar hen toe,
en terwijl hij hen aanraakte
zei hij:
“Laat je opwekken,
en vrees niet!”
8
Toen ze hun ogen ophieven
zagen ze niemand –
behalve hem: Jezus, alleen…
9
En terwijl ze afdaalden van de berg
gebood Jezus hun dit,
hij zei:
“Zeg aan niemand wat jullie gezien hebben,
totdat de mensenzoon uit doden is opgewekt…!”
 
bij 1= NBV en Willibrord-vertaling laten ‘anaferei’ onvertaald
bij 2= het passivum lijkt me van belang
bij 3, 5NBV en Willibrord-vertaling kiezen ervoor om 3 x ‘idou’ niet te vertalen
(wel soms ‘plotseling’ of ‘opeens’)
bij 3= Willibrord-vertaling en NBV vertalen ‘verschenen’ – er staat een (passieve)
vorm van ‘zien’, waarop Jezus in vs. 9 teruggrijpt
bij 5= de NBV-vertaling van ‘stralend’ voor ‘foteinè’ verliest de betekenis van ‘licht’
bij 5, 6= door ‘akouein’ op twee manieren te vertalen laten Willibrord-vertaling en NBV een (mogelijk) verband verloren gaan
bij 6= de leerlingen ‘wierpen zich’ niet (zoals de NBV en WB vertalen), maar
‘vielen’; ‘verborgen’ is er door de NBV bij verzonnen, ‘sfodra’ blijft onvertaald; de WB ruilt ‘gezicht’ in voor ‘grond’
bij 7= de ‘Naardense bijbel’ vertaalt ‘apsamenos’ met ‘omhelzen’ – wel mooi, maar
lijkt me meer dan er staat
weer lijkt me de passieve vorm van ‘egeirein’ van belang; verwijst ook naar
het slot van vs. 9
bij 8= de NBV laat zoals heel vaak het materiële van de ‘ogen’ weg – dat is
minimaal jammer
bij 9= het gaat niet om opwekking ‘uit de dood’ (zo NBV), maar ‘uit doden’, bij de
doden vandaan; hier staat niet ‘thanatos’, maar ‘nekroi’ – is dat niet een heel
ander taalveld? (loopt in LXX wel door elkaar, zie ik)
 
Scroll naar boven