vuur op aarde

Vertaling

Dit evangeliegedeelte, doorgaans geagendeerd voor de maand augustus,1 kan ons met zijn apocalyptische inhoud gemakkelijk zwaar op de maag liggen. Jezus is in deze tekst duidelijk bezig met het einde, en wel in dubbele zin. Wat we lezen over de doop die Jezus moet ondergaan en de benauwdheid die dat oplevert, wijst duidelijk naar zijn naderende lijden en kruisdood; vgl. de beker die hij liever voorbij laat gaan, Lucas 22:42, en Marcus 10:38, waarin de beelden van beker en doop gecombineerd worden. Maar wanneer Jezus spreekt over het vuur op de aarde en de verdeeldheid die hij komt brengen, zelfs binnen gezinnen en families, snijdt hij duidelijk apocalyptische thema´s aan (vgl. bijv. Luc. 21:16).
Nu is het de vraag, of dat voor de evangelieschrijver twee heel verschillende dingen zijn. Voor hem hangt het nauw samen: Jezus is degene, met wie de eindtijd is aangebroken. Voor de hoorder van nu ligt dat allemaal wat anders. Die vraagt zich vermoedelijk argeloos af, waarom Jezus zijn komst zo nadrukkelijk niet met vrede verbindt, maar met vuur en oordeel. Staat dat niet haaks op de belofte van de engelen in de kerstnacht, waarin tegelijk met de komst van dit Messiaanse kind de aarde vrede wordt toegezongen? Vragen die bekend zijn, maar waar de prediker toch niet aan voorbij kan gaan.
 

dicht bij het vuur

Lucas benadrukt dat Jezus´ komst geen zoetsappig gebeuren is, maar een geweldige kracht heeft. Vuur is allereerst begeleidend verschijnsel bij theofanieën (vgl. bijv. Ex. 19; 1 Kon. 18). De notie van oordeel kan er echter ook zeker in meekomen (vgl. Num. 11, Mal. 3:2, en in dit Lucas-evangelie al Johannes de Doper, 3:16v). De nevenlezing uit Jeremia2 voor notities bij die tekst.} is ook illustratief. Daarmee wordt namelijk duidelijk dat Jezus’ komst leidt niet tot een makkelijke, onschuldige vrede: dezelfde profeet Jeremia had immers al gewaarschuwd tegen zijn `vrede, vrede´ roepende collega´s (Jer. 6:14; 8:11). Evenals Jeremia alleen wil weten van heil en vrede dat dóór het oordeel heen gaat (bij hem de dreigende ballingschap), zo is ook Jezus´ komst voorbode van oordeel, dat ook loutering en vernieuwing betekent. Intrigerend in dit verband is logion 82 uit het Thomas-evangelie: `Wie mij nabij is, is nabij het vuur; en wie ver van mij is, is ver van het koninkrijk.´ In deze spreuk staan vuur en koninkrijk parallel: ze zijn blijkbaar niet los verkrijgbaar.
De spanningen binnen één gezin, die breed worden uitgemeten in vele combinaties, ziet Micha 7:6 al in verbinding met een naderend oordeel.
 

weersvoorspelling

`Alle goede beslissingen hebben gemeen, dat ze op het juiste moment genomen worden´, zei een reclameslogan eens. Dat juiste moment, dat is de τὸν καιρὸν δὲ⸅ τοῦτον‚ (vs. 56), en daarover gaat het slot van de evangelie-perikoop. Jullie kunnen regen en hitte zien aankomen, zegt Jezus, maar je kunt de tijden niet peilen. Hij noemt de menigte om die reden huichelaars, hypocrieten. Dat veronderstelt dat het geen onmacht maar in feite onwil is om de ernst van de tijd onder ogen te zien: we zien we waar het heen gaat, maar we sluiten onze ogen ervoor.
Dit soort teksten te vertalen naar kerkgangers is niet eenvoudig. Voor je het weet blijven ze zo abstract en ver weg, dat ze niemand raken. Maar evenzeer wee degene die ze op maat snijdt en te huiselijk maakt. Het gaat om de grote levensbeslissing, wáár je staat: Jezus’ woorden `wie niet voor mij is, is tegen mij´ (en omgekeerd) kun je ernaast leggen. Soms komt die grote keuze in alledaagse beslissingen tot uiting, maar om recht te doen aan de teksten dient het verontrustende, `unheimische´ van deze woorden in elk geval bewaard te blijven; zelfs op een zonnige zondag in augustus.

Noten

  1. 9e zondag van de zomer in het C-jaar.↩︎
  2. Jer. 23:23-29, zie {http://www.schriftlezing.nl/index.php?who=QT7g0V0226SS1F69pU2W&go=6&ID=2280 hier↩︎
Scroll naar boven