Lucas 10,1-20
- Vierdag: 6-7-2025, 3e van de zomer
- Boek: Lucas
- Perikoop: Lucas 10,2-10
- Vertaler: Klaas Holwerda
Vertaling
1
Hierna wees de Heer zeventig anderen aan
en zond hen twee aan twee voor zijn aangezicht uit1
naar elke stad en plaats waarheen hijzelf wilde komen.
2
3
Gaat heen,
zie, ik zend je als lammeren midden onder wolven.
4
Draag geen beurs, geen ransel, geen sandalen
en begroet onderweg4 niemand.
5
Zeg een huis dat je binnenkomt eerst:
Vrede voor dit huis.
6
En is daar een zoon van vrede (vredelievend iemand)5,
dan zal je vrede op deze rusten,
maar zo niet,
dan zal (die) naar je terugkeren.
7
Blijf in dat huis,
om te eten en te drinken wat er bij hen is,
want de werker is zijn (het) loon waard.
Ga niet van huis naar huis.
8
Kom je een stad binnen
en ze ontvangen je,
eet wat ze je voorzetten.
9
Genees de zieken in haar
en zeg tot hen:
Nabij jullie is het koningschap van God.
10
11
Ook het stof uit je stad
dat ons aan de voeten (aan onze voeten) kleeft,
kloppen we voor je af;
weet evenwel:
nabij is het koningschap van God.
12
Ik zeg je:
voor de bewoners van Sodom
zal (het) op deze dag dragelijker zijn
dan voor deze stad.
13
Wee jou, Chorazin, wee jou, Betsaïda:
waren in Tyrus en Sidon de krachten gebeurd
die in jou gebeuren,
ze waren, in zak en as gezeten
al lang tot inkeer gekomen
14
voor Tyrus en Sidon evenwel
zal (het) in het oordeel dragelijker zijn
dan voor jullie.
15
En jij, Kafarnaüm,
zou je tot de hemel opgeheven worden?
Tot de onderwereld zul je neerdalen!
16
Wie jullie gehoor geeft, geeft mij gehoor;
wie jullie afwijst, wijst mij af
en wie mij afwijst, wijst af die mij zond.
17
De zeventig keerden met vreugde terug:
Heer,
zelfs de demonen onderwerpen zich aan ons
vanwege jouw naam.
18
Hij zei tot hen:
Ik schouwde hoe de satan
als een bliksem uit de hemel viel.
19
Zie, ik gaf je volmacht
slangen en schorpioenen te vertreden,
en over elke vijandige macht;
niets zal je schaden.
20
Verheug je er evenwel niet over
dat de geesten zich aan je onderwerpen;
verheug je (erover) dat je namen
in de hemel ingeschreven staan.
Noten
- Dezelfde uitdrukking kwam eerder voor in 9,52 en roept herinnering op aan de figuur van de bode van JHWH die op de tocht door de woestijn Israël voorgaat naar ‘de plaats’ (Ex.23,20); in dit evangelie is vanaf 9,51 Jeruzalem eindpunt van de ópgang’ of weg te gaan.↩︎
- Tussen haken een voor het Nederlands adequater equivalent (zo ook in vers 11).↩︎
- Het Grieks heeft hier een krachtig verbum.↩︎
- Het lijkt twijfelachtig of ‘op de weg’ hier als een toespeling op de halacha of weg van de thora bedoeld is, zoals mogelijk wel op andere plaatsen in Lucas-Handelingen.↩︎
- Tussen haken een poging tot een meer inclusieve vertaling (zo ook in vers 7).↩︎
- πλατυς betekent volgens Murre: wijd, ruim, breed; het kan gaan om de ruimte van een poort (Mt.7,13) , straat of stad..↩︎