Johannes 7,1-24

 


1
En hierna trok Jezus rond in Galilea,
want hij wilde niet in Judea rondgaan,
omdat de Joden hem zochten te doden.
2
Het Loofhuttenfeest van de Joden was evenwel nabij.
3
Dus zeiden zijn broers tot hem:
Verplaats je toch van hier
en ga heen naar Judea,
opdat je leerlingen ook (daar)
je werken, die je doet, zullen aanschouwen.
4
Want niemand doet dingen in het verborgene,
én zoekt in vrijheid spreekgerechtigd te zijn.
Als je deze dingen doet,
maak jezelf dan in de wereld openbaar!
5
Want zelfs zijn broers hadden geen vertrouwen1 in hem.
6
Jezus zegt dan tot hen:
Mijn tijd en gelegenheid is nog niet daar,
maar voor jullie is elke tijd altijd geschikt.
7
De wereld kan jullie niet haten,
maar mij haat ze,
omdat ik over haar getuigd heb,
dat haar werken boos zijn.
8
Jullie moeten opgaan naar het feest,
Ik ga niet op naar dit feest.
Want mijn tijd is nog niet aangebroken (vervuld).
9
En dit gezegd hebbende bleef hij in Galilea.
 
10
Toen zijn broers echter opgingen naar het feest,
toen ging hij zelf ook op,
niet openlijk maar in het verborgene.
11
De Joden zochten hem dus op het feest en zeiden:
Waar is die toch?
12
En in de menigten werd druk over hem gemompeld.
Dezen zeiden:
Hij is in orde2 !
Anderen zeiden:
Neen, hij misleidt de menigte!
13
Niemand evenwel sprak vrijuit over hem,
uit vrees voor de Joden.
 
14
Toen het feest reeds op de helft was,
ging Jezus op naar de tempel, en hij leerde.
15
De Joden verbaasden zich dus en zeiden:
Hoe kent deze de Schriften zonder onderwijs gehad te hebben?
16
Jezus antwoordde vervolgens en zei:
Mijn lering is niet van mij,
maar van die mij gezonden heeft.
17
Als iemand het wil zijn wil te doen,
die zal over de lering weten,
hetzij dat deze vanuit God is,
ofwel dat ik uit mezelf spreek.
18
Wie uit zichzelf spreekt,
zoekt de eigen eer,
evenwel wie de eer zoekt
van wie hem gezonden heeft,
deze is waarachtig en er is geen onrecht in hem.
 
19
Heeft Mozes jullie niet de wet gegeven?
En niemand van jullie doet de wet.
Waarom zoeken jullie mij te doden?
20
De menigte reageerde:
Je bent gek3 !
Wie zoekt je te doden?
21
Jezus antwoordde en zei hen:
Eén werk heb ik gedaan,
en daarover verbazen jullie je allemaal!
22
Mozes heeft jullie de besnijdenis gegeven
ook al is die niet van Mozes, maar van de vaders4
en ook op sabbat besnijden jullie mensen.
23
ls iemand5 op sabbat de besnijdenis ontvangt,
opdat de wet van Mozes niet ontbonden zal worden,
moeten jullie het dan voor mij vergallen6,
omdat ik op sabbath een mens helemaal gezond heb gemaakt?
24
Oordeel niet naar het aanzien,
maar oordeel een oordeel dat rechtvaardig is.
 

Noten

  1. geloof↩︎

  2. goed↩︎

  3. bezeten↩︎

  4. aartsvaders↩︎

  5. een mens↩︎

  6. verbitteren↩︎

Scroll naar boven