Matteüs 6,1-21

Vertaling

1
Hoed je ervoor je gerechtigheid te doen
voor de ogen van de mensen,
om door hen gezien te worden;
als je dat doet, krijg je geen beloning
bij je vader in de hemelen.
 
2
Wanneer je aalmoezen geeft,
laat het dan niet voor je uitbazuinen,
zoals de schijnheiligen doen
in de synagogen en in de straten,
om door de mensen geprezen te worden;
echt, ik zeg je: ze hebben hun beloning al.
 
3
Wanneer je aalmoezen geeft,
laat dan je linkerhand niet weten
wat je rechterhand doet,
 
4
opdat je aalmoes verborgen blijft;
en je vader die in het verborgene ziet,
zal je belonen.
 
5
En wanneer je bidt,
wees dan niet als de schijnheiligen
die ervan houden in de synagogen
en op de hoeken van de straten
te staan bidden,
om op te vallen aan de mensen;
echt, ik zeg je: ze hebben hun beloning al.
 
6
Maar als je bidt, ga dan binnen zitten
en doe de deur dicht om te bidden
tot je vader in het verborgene;
en je vader die in het verborgene ziet,
zal je belonen.
 
7
Als je bidt, zwets dan niet zoals de heidenen,
want die menen door hun veelheid van woorden
verhoord te zullen woorden;
 
8
Doe het dus niet na;
want je vader weet wat je nodig hebt,
al vóór je het hem vraagt.
 
9
. Bid dus zo:
 
Onze Vader in de hemel,
laat uw Naam worden geheiligd,
 
10
doe uw rijk komen,
moge uw wil worden gedaan
op aarde, zoals in de hemel;
 
11
geef ons het brood voor elke dag;
 
12
vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij aan anderen
hun schuld hebben vergeven;
 
13
beproef ons niet te zeer,
maar verlos ons
uit de greep van het kwaad –
 
14
Want als je de mensen
hun misstappen vergeeft,
zal ook je hemelse vader je vergeven;
 
15
maar als je de mensen niet vergeeft,
zal ook je vader je misstappen niet vergeven.
 
16
Wanneer je vast,
word dan niet zo knorrig als de schijnheiligen
die hun gezicht ontoonbaar maken
om aan de mensen te laten zien
dat ze vasten;
echt, ik zeg je: ze hebben hun beloning al.
 
17
Jij, als je vast, wrijf je hoofd in met olie
en was je gezicht
 
18
niet om aan de mensen te laten zien dat je vast,
maar aan je vader in het verborgene,
en je vader die in het verborgene ziet,
zal je belonen.
 
19
Verzamel je geen schatten op de aarde,
waar mot en roest ze ontoonbaar maken
en waar dieven inbreken en stelen;
 
20
verzamel je schatten in de hemel,
waar noch mot noch roest
ze ontoonbaar maakt
en waar dieven niet inbreken of stelen;
 
21
want waar je schat is,
daar zal ook je hart zijn.
Scroll naar boven