zelfs de doven doet hij horen
- Vierdag: 19-8-2012, 9e van de zomer
- Boek: Marcus
- Perikoop: Marcus 7,31-37
- Vertaler: Machteld van Woerden
Vertaling
Marcus 7: 31 – 37
31
32
Ze brachten hem een dove die moeilijk sprak
en ze smeekten hem om deze de hand op te leggen.
33
Hij nam hem apart, buiten de menigte,
stak zijn vingers in diens oren,
spuugde en raakte zijn tong aan,
34
en hij keek omhoog naar de hemel, zuchtte
en zei tot hem:
Effatha
dat is: ga open!
36
37
en uitermate ontsteld zeiden ze:
Alles heeft hij welgedaan,
zelfs de doven doet hij horen
en sprakelozen8 spreken.
Noten
- zie Murre, Lexicon: grens, het door grenzen ingesloten gebied↩︎
- bekend als: meer, maar dat staat er niet↩︎
- letterlijk: de Tien Steden↩︎
- letterlijk: de band van zijn tong↩︎
- orthoos, nl. recht, juist↩︎
- boven het gewone uitstijgend, overvloedig↩︎
- kèrusso: uitroepen, uitschreeuwen, bekend maken, omroepen↩︎
- alalous, de stommen, zij die geen spraak hebben, Zie NaB. Vanwege de alliteratie overgenomen↩︎