Matteüs 15,21-28
- Vierdag: 17-8-2008, 9e van de zomer
- Boek: Matteüs
- Perikoop: Matteüs 15,21-28
- Vertaler: Barend Drewes
Vertaling
21
Jezus ging uit vandaar en trok zich terug naar het gebied van Tyrus en Sidon
22
Zie, een Kanaänitische vrouw uit die streek ging uit 1) en schreeuwde:
Ontferm u over mij
heer, zoon van David!
Mijn dochter is ernstig bezeten!
23
Maar hij antwoordde haar 2) met geen woord.
Zijn leerlingen gingen naar hem toe en vroegen:
Laat haar gaan,
want zij schreeuwt ons achterna.
24
Maar hij antwoordde:
Ik ben alleen maar gezonden naar de verloren schapen van het huis Israel.
25
Maar zij kwam, viel voor hem neer en zei:
Heer,
help mij!
26
Maar hij antwoordde:
Het is niet goed het brood van de kinderen te nemen en het de honden toe te werpen.
27
Maar zij zei:
Ja, heer,
maar de honden eten van de kruimels die vallen van de tafel van hun heren3).
28
Toen antwoordde Jezus haar:
O vrouw,
groot is je geloof.
Laat het voor je gebeuren zoals je wenst.
En haar dochter was genezen vanaf dat moment.
1
) Ook is mogelijk: “ging/kwam uit die streek”. Als griekse eis in vs. 21 slechts de richting van Jezus reis aangaf, en nog niet de plek van aankomst, is het mogelijk dat de ontmoeting zelf niet in gebied van Tyrus en Sidon plaats vond.
2
) Jammer dat NBV niet opbouw heeft gezien van het viervoudig antwoorden van Jezus, dat loopt van: “Hij antwoorde haar met geen woord”, via “Hij antwoordde…”, Hij antwoordde…” naar “Toen antwoordde Jezus haar…”! De vertaling “Maar hij keurde haar geen woord waardig” – zegt bovendien meer dan de tekst zelf.
3
) Hier “heer” gehandhaafd als vertaling van kurioi, i.v.m. haar aanroepen van Jezus als kurios. Hier wordt superioriteit van Jezus, of van de Joden aangeduid (zie Barrett, in Matthew, ICC).