Lucas 2,33-40
- Vierdag: 30-12-2007, 8e Kerstdag
- Boek: Lucas
- Perikoop: Lucas 2,33-40
- Vertaler: Barend Drewes
Vertaling
33
Zijn vader en moeder waren verbaasd over wat over hem gesproken werd.
34
Simeon zegende hen
en zei tot Maria, zijn moeder:
Zie deze is bedoeld1) om velen in Israel te laten vallen en te laten opstaan
en als een teken dat weersproken wordt.
35
– en door jouw ziel zal een zwaard gaan! –
opdat de overleggingen van de harten van velen onthuld zullen worden.
36
En er was Hanna, een profetes, de dochter van Fanuel, uit de stam Aser
die vele dagen doorleefd had
die met haar man zeven jaren geleefd had sinds haar meisjestijd;
37
zij was al vier en tachtig jaar weduwe
en week niet van de tempel
maar diende (God) met vasten en bidden dag en nacht.
38
Op dat zelfde uur kwam ook zij en loofde God
en sprak over hem tot allen bevrijding van Jeruzalem verwachten.
39
En toen zij alles volgens de wet van de HEER volbracht hadden
keerden zij terug naar Galilea, naar hun stad2) Nazareth.
40
Het kind groeide op en werd krachtig
vervuld van wijsheid
en de genade van God was met hem.3)
1
) Vgl. keimai in bijv. Fil. 1:16. Of toch beter “gesteld” (met NBG51)? NBV laat het onvertaald!
2
) Anders dan NBV hier “stad” handhaven; “stad” i.v.m. Nazreth in NBV wel in 2:4; 4:29.
3
) Bij uitleg van bovenstaande tekst (volgens lezing van de Eerste Dag) moeten we er wel op bedacht zijn, dat 2:22-39 binnen Lucas duidelijk een eenheid vormt, waarbij vs.22-24 en 39 de versen 25-38 omsluiten. Vs.40 sluit gedeelte 2:1-39 af (vgl. 1:80).